Mijn bewaardrift kent geen grenzen.
Zo kan ik u vandaag twee kartonnen menukaartjes laten zien, die ruim vier decennia geleden bij ons thuis op de met rode linten versierde kersttafel hebben gestaan.
Omdat ik toen al de artistiekeling uithing, mocht ik de voorkanten van kunstzinnig bedoelde pentekeningen voorzien.
Mijn vader schreef, en in 1958 verwerkte hij enkele grapjes in het lijstje: Klinkenbergsoep, Kijkduin-springers en de Bie-pudding.
Ter verklaring: we vierden de feestdagen traditiegetrouw samen met de familie Klinkenberg en we woonden vlakbij Kijkduin.
Wat aten we?
Opvallend is, dat de menu?s zo op elkaar lijken - typische kerstdiners uit de jaren vijftig.
Er kwam geen exotisch gerecht op tafel, maar de gebruikelijke Hollandse pot.
Maar wat maakte deze diners nu zo uitzonderlijk luxueus?
1.
Er was een voor- en een nagerecht! Door het jaar heen kregen we op zondag pudding toe (met bitterkoekjes), maar èn soep èn pudding kwam alleen met Kerstmis voor.
2.
Ook het gebraden konijn getuigt van een ongekende weelde - nooit dan met Kerstmis kwam ?wild? op tafel.
3.
Maar het summum-van-luuks waren de groente-soorten. Drie groentes! Ze zorgden voor een volle, rijke tafel.
In 1958 worden de dranken vermeld: kloosterbier en appeljuice.
Ik neem aan dat er één flesje bier op tafel stond, waaruit de volwassenen één glaasje dronken.
Wijnen?
Bij het eten wijn drinken? Nooit van gehoord.