Meisjes hielden niet zo van jazz.
Maar wel van Miles Davis.
Vooral als hij langzame nummers speelde, met die fluistertoon, op de gestopte trompet.
En ze wilden ook graag mee naar een concert.
Want Miles Davis was een adembenemend mooie man.
Ik ging met een meisje naar het concert in het Kurhaus van Scheveningen.
Op 15 oktober 1960, zegt het bewaarde programma (Sonny Stitt verving John Coltrane).
Ze was na afloop danig onder de indruk. Van Miles Davis.
Om de aandacht op mij te richten (een graantje mee te pikken van de romantische gevoelens die Miles Davis had losgemaakt), gaf ik haar ten afscheid, vlak voor ze haar portiektrap beklom, een gedicht van eigen makelij.
miles davis
in dit huis
met de wapperende vitrages
dat steunt
als liggen onder de hanebalken
in hun hoge witte bedden
zeer oude mannen en vrouwen
elkaar de hese woorden bestelen
woorden van herfst en humus
die uit jouw mijn mond ontsnappen
bladeren in een cirkel waaiend
boven het nat glimmend asfalt
waarom huil je
leg je hand op mijn hart
buiten honden
die bevestigen
langzaam grijs de tijd
langzaam oud de regen
afdalen in je ogen
glimlachen terwijl het water
o dit hartstochtelijk donker water
zich rustig te rustig
boven onze hoofden sluit
Het is niets geworden met het meisje. Ik hoorde nooit meer iets van haar.
Nu kan ik dat goed begrijpen. Als ik toen een meisje was geweest en zo?n gedicht had gekregen, had ik ook nooit meer iets laten horen.