Ik schuif het gordijn open en kijk tegen de onderkant van een luchtschip aan dat, in verticale stand tegen de ruit geplakt, zit bij te tanken in de ochtendzon.
Ik ga mijn camera halen en na terugkomst is het luchtschip bezig het landingsgestel te checken.
Ik breng de lens tot op enkele millimeters afstand van het raam en druk af.
Nagenoeg op hetzelfde moment start het gevaarte, accelereert van nul tot tachtig kilometer per uur en laat mij verbouwereerd achter, gebukt en ingespannen turend door een camera naar een lege ruit.