Hij heeft het zo vaak gezien dat hij er heel angstig van is geworden. Stel je voor dat het hem overkomt.

En het zou kunnen gebeuren nu het jaargetijde van het Grote Wensen is aangebroken. Dat iemand hem Goede Dagen wil wensen en hem niet de hand reikt, maar hem omhelst.

Omhelzingen - je ziet ze elke avond op tv in programma's die onafwendbaar op een einde aansturen waarin mensen elkaar huilend omhelzen.

En nu weer gisteravond in het Journaal - kolossale, dikke, in leer gehulde kale mannen vallen elkaar in de armen en bekloppen elkaars ruggen.

Stel je toch eens voor dat zo'n grote man op hem zou afkomen om hem eens stevig te omhelzen...
Meneer Foppe ziet het voor zich, hoe hij daar wankelend staat, in de greep van twee dikke getatoeëerde armen. Zijn pet valt van zijn hoofd en zijn brilleglazen spatten op de straatstenen uiteen.

De angst voor spontane omhelzingen gaat het bij meneer Foppe winnen van de angst voor door straatjongens naar hem gegooid vuurwerk.