Bij de uitgang van de supermarkt werd meneer Foppe staande gehouden door een juffrouw met een opschrijfplank met vragenformulier voor de borst.
'Mag ik u een vraagje stellen?,' vroeg ze en zonder meneer Foppe's antwoord af te wachten vervolgde ze: 'wij willen graag iets weten over uw blootbeleving. Hebt u moeite met uw eigen blootbeleving, of neemt u aanstoot aan de blootbeleving van anderen?'
'Ehhhhh...,' zuchtte meneer Foppe, die tot driemaal toe had begrepen dat hem naar zijn broodbeleving werd gevraagd, 'nou gewoon.... een halfje wit.'
De onderzoekster keek meneer Foppe gedurende vijftien seconden in stilte aan en zei toen op besliste toon, terwijl ze zich al naar een andere voorbijganger wendde: 'Dank u wel, hoor.'