Er zijn arme mensen die zo arm zijn dat ze nu pas kerstmis vieren, met de door de rijke mensen op straat gesmeten kerstbomen.
Er zijn arme mensen die zo arm zijn dat ze hun eten koken op een potkachel die wordt gestookt met het hout van weggegooide kerstbomen.
Er zijn arme mensen die zo arm zijn dat ze soep trekken van de naalden van de weggegooide kerstbomen.
Er zijn arme mensen die zo arm zijn dat ze wonen in hutten die zijn gebouwd van weggegooide kerstbomen.
(?Er zijn arme mensen, zegt u. Waar zijn die arme mensen dan??
?Eh... ja, nou...?
?U kent ze niet??
?Ik heb ervan gehoord.?
?Hebt u adressen? Kunnen we die arme mensen gaan helpen??
?Nee, die heb ik niet. Ze zijn niet in Nederland, geloof ik.?
?Dus u schrijft over arme mensen en u weet er niets vanaf??
?Ik kan me voorstellen dat er arme mensen zijn die...?
?U fantaseert over de ruggen van de arme mensen heen! Schandelijk.?)